zaterdag 30 juli 2016

Tot slot

Even een stukje achtergrond, ter afsluiting van de reeks vakantieverhalen. Ik heb geprobeerd om het niet alleen een feitelijk reisverhaal te maken maar om zo nu en dan een wat andere insteek te kiezen. Beetje meer gevoel, beetje moeite doen voor een leuk verhaal. Anders kijken zodat je meer ziet, zeggen ze dan. Beetje nadenken. Ik hoor wel of het gelukt is.

Dit is de laatste in de reeks van 2016. Het gaat over de laatste camping die we altijd kiezen, al sinds ik met mijn pa en ma uit het noorden kwam. 200 kilometer voor Almelo en niet de meest prachtige camping die er bestaat. En we vragen onszelf keer op keer af waarom. Waarom niet nog 3 uurtjes door om vervolgens in je eigen bed te stappen? De kinderen roepen dan: Da’s traditie! Ik leg het u wederom even uit. Zo ben ik!

Delmenhorst:

Als we vroeger uit het zuiden kwamen met pa en ma en 2 andere caravans, gevuld met familie en vrienden dan stopte we ook altijd ergens in Duitsland. Vaak aan een riviertje waar de laatste dam gebouwd moest worden, het laatste potje badminton gespeeld en uiteraard even uit eten.
Als we jaren later naar het noorden gaan blijven we dit doen. Delmenhorst, net achter Bremen (vanuit het noorden) met nog maar 200 kilometer te gaan….

Steller See is een typisch Duitse camping met veel vaste plekken. Iedereen is voetbalfan, iedereen is Formule 1 fan en ze kijken vaak samen. Duitse vlaggen, hegjes, dubbele voortenten, schuurtjes en zelfbenoemde straatjes. Dat werk. In Delmenhorst hangt al jaren bij een caravan de spreuk “De kampeerders vloek is regen en bezoek”. Met kleine letters daaronder “regen gaat nog”. I rest my case….
Het constante geruis van de Autobahn, ook ’s nachts, maakt het ook al niet tot een idyllisch paradijsje.

Ik bewaar warme herinneringen aan het vroegere bezoek aan het chauffeurscafe, boven het Shell-tankstation. Daar waar het toetje als eerste geserveerd wordt, dan heb je dat alvast. Daar waar de schnitzel en de patat binnen no time op tafel staan en je bord weg is als je de vork neerlegt. De vaste clientèle heeft namelijk haast. Dat waren toen bonkige chauffeurs op klompen en een leren bodywarmer die op weg waren naar hun volgende bestemming, het weekend of hun vriendin. Geen tijd te verliezen. We werden altijd een beetje meewarig aangekeken. Het personeel hanteerde echter stug dezelfde tucht. Schnell! Sofort!

Voor en na het eten even zwemmen en dan naar bed.

Wij hebben de traditie iets gewijzigd. We eten op de camping, wel schnitzel met patat. Ook voor en na het eten even zwemmen. Ongeacht het weer, rain or shine…..

Maar ook voor die schnitzel hoef je niet 3 uur voor eindbestemming te stoppen. Het is warm en zout, laten we het daar op houden.

Wat het dan is? Ik weet het niet. Laten we het maar op traditie houden………….



Tot slot:

Zeau, dat was de laatste voor 2016 aangaande de vakantie. Het was wederom gedenkwaardig. Zelfde land, soms dezelfde plekken maar wel andere dingen gedaan. 
Fietsen mee, nieuwe plekken gezien en ongelofelijk mooi weer gehad. 
Actief geweest maar ook veel gelezen en spelletjes gedaan, elke avond. Jokeren, Rummikub, pesten enz. 
In de zon gelegen en gezwommen. 
Vissen (bijna) gevangen. Rivierkreeft gevangen.
Gestoken door een wesp (Arjan) en gestoken door muggen (Arjan het meest).
Heerlijk gegeten. Hamburgers, hotdogs, pasta, garnalen, chorizo, salades en heerlijke broodjes met bietensalade en kottbullar.
Veel gelachen met elkaar en vooral om anderen. 
Uitgeslapen in een te warme tent en caravan.
Geknuffeld en gedold.
Gevoetbald, gehockeyd en getennist.
Alles heel gehouden op de elleboog van Renate na.
De Zweden beter geprobeerd te begrijpen en genoten van dit relaxte land en zijn bevolking.
Nog steeds niet achter de betekenis van de reclame over “Pickelien”.
Geërgerd aan de commerciële radiostations voor elke keer de dezelfde platen.
Gefrustreerd dat we na al die jaren nog steeds het journaal niet kunnen verstaan.
Die toiletten in Malmo, dat zijn er echt te weinig!
De plek op de camping bij de Gekas lag echt ver achterop, ver van alles.
Wifi is broodnodig, dat kan beter, Zweedse campings!

(de laatste 6 zijn voor het evenwicht, dat u niet denkt dat bij ons alles perfect is)


Dank jullie voor het lezen, next stop: ??

Malmo, ga dan!

Oh, jullie dachten dat ze nu wel een keer klaar zouden zijn in Malmö? Met dat bouwen. Nou, dan heb ik nieuws. Nog lang niet. Waar de horizon ook gedurende de crisis werd gedomineerd door bouwkranen, is er ook nu niet veel veranderd. Enorme appartement-complexen, nieuwe wijken, wegen en winkelcentra zijn schijnbaar nog steeds nodig in deze fantastische stad.

We hebben een dag verspeeld in Vetlanda, goede keuze overigens, dus bij aankomst in Malmö pakken we direct de auto om wat vaste plekken te bezoeken. Jägersro met de Jula (soort Gamma maar dan wel een mooi assortiment), de Emporia (een winkelcentrum zo groot dat ik de oriëntatie verlies en altijd wat chagrijnig wordt van het enorme aanbod aan spullen) en tot slot de Ikea. Tja, je bent niet in Zweden geweest zonder de Ikea te bezoeken. We eten er zelfs. Kipfilet met bearnaisesaus en patat. Snel nog even de winkel door voor nieuwe artikelen die vanaf september in de Nederlandse winkels zullen liggen.

De kinderen zijn al even naar de skatebaan geweest en wij maken aan het eind van de dag een lange wandeling over de boulevard en het park bij de camping. 

De avond sluiten we natuurlijk af met een potje jokeren.

Donderdag is de dag waar ik naar heb uitgekeken. Op de fiets door Malmö. Langs Sibbarps Kallhusbad naar Limnhamn en de kleine haven. Daar begint vandaag een festival. Kijken we op de terugweg even naar. Langzaamaan komen we in het zicht van Västra Hamnen. The place to be in Malmö. Ik heb het hier al eerder beschreven. Nu komen we binnen via de strandweg en worden we omringd door mooie mensen op de fiets, skates, joggend en op skateboards. 
De parken liggen er perfect bij, geen afval, volop schone toiletten en drinkwaterpunten. Keurige fietspaden die kronkelen door de enorme ruimte.  Eenmaal in Vastra Hamnen komt de zon erdoor en wordt het helemaal een feest. Dit keer geen fotosessies, dat hebben we al te vaak gedaan. Lekker kijken en genieten van de prachtige architectuur, de combinatie van water en woonwijk en de hippe terrassen. 

Weetje? Västra Hamnen is de eerste Co2 vrije wijk van Europa.

We fietsen wat door de haven en dan gaan we de stad in.
Even een dikke hamburger, wat winkels en dat terug naar het station naar de keurige fietsenstalling.

Op de terugweg naar de camping even door de kleine jacht- annex vissershaven. Hier is het druk. Het festival heeft niet veel om handen maar trekt wel veel volk.

Eenmaal op de camping hebben we ruim 30 kilometer afgelegd. Dat in combinatie met het geslenter en het warme weer maakt dat we moe zijn. De kids gaan vast naar de zee om te zwemmen en ik ga even tanken en boodschappen doen. Renate neemt even een power-nap.
Als ik terug ben sluit ik me aan bij de kids en gaan we traditioneel even zwemmen in de Øresund. Het water is 20 graden, helemaal niet verkeerd! De zon maakt het 28 graden buiten.

We eten en in de avond gaan we foto’s maken voor de wedstrijd die door de taekwondo is uitgeschreven. Ik heb wel wat ideetjes.

1 ding nog: als je ooit de kans hebt, ga dan een keer naar Malmö, haal een plattegrond, of vraag mij (opschepper) en ga op de fiets de stad in. Er is ook een fietsuitleenproject.

Voor een paar centen pak je een huurfiets en laat je die achter waar en wanneer je wilt.

De stad heeft allure, design, rust, ruimte, winkels, een geweldig festival in augustus, een camping(wel een dure), een boulevard, Zweedse schoonheid (mannelijk en vooral vrouwelijk), enorme winkelcentra en vooral prachtige gebouwen.

Geen Parijs, Berlijn of Londen maar anders, beter!


dinsdag 26 juli 2016

Vetlanda

Vetlanda

Aan het actieve gedeelte van de vakantie komt in Vetlanda abrupt een einde. Sjonge, wat is het hier warm.
Op zondag vieren we de 18e verjaardag van Anna. Eerst even naar de Lidl voor broodjes en gebak en dan op de fiets door Vetlanda, voor het eerst. Een prachtige route langs het meer en door de woonwijken van dit plaatsje. Zo zie je nog eens iets. Wat kleine boodschapjes en dan puffend onder de brandende zon naar de caravan. Lunchen. De rest van de dag verblijven we tussen strand, water en de voortent. Met ruim 30 graden is het weer om niks te doen…..

’s Avonds gaan we uit eten in de plaatselijke pizzeria. Uit eten in Zweden, met echt bier, moet niet gekker worden. We betalen 5 tientje voor pizza en drinken…….

Maandag is wederom warm, misschien nog warmer. Strand en water in de buurt is dan wel zo fijn. We blijven nog een dagje langer hier. BBQ aan en een koud biertje. Kan niet op.
Nog even de hengel uitgegooid. Anna en ik vangen bijna wat maar de vis blijft niet aan de haak. Als ik voor het laatst ophaal zit er een rivierkreeft van zeker 12 centimeter aan. Jemig, hoe hou je zo’n ding vast om de haak te verwijderen? Zijn scharen schieten alle kanten op. Uiteindelijk heb ik de techniek te pakken en verwijder ik de haak netjes met een tangetje. Een nieuw avontuur……..Gelukkig hebben we de foto’s nog.

Op dinsdag gaan we eerst boodschappen doen, Daarna ga ik een rondje met Sven op de fiets. Langs de golfbaan, door wat woonwijken naar de jachthaven. Het is niet zo warm meer maar nog een knappe 24 graden. 1 bui vandaag. Toen waren we bij de H&M binnen.


Morgen naar Malmö, het eind komt al weer in zicht.

Een monsterrit

Een monsterrit, maar wel een hele mooie. Laat ik dat even uitleggen.
Omdat we dit jaar 2,5 week hadden en we toch nog graag een paar dagen wat noordelijker wilden verblijven, staat er vandaag een rit van 620 kilometer op het programma. Zonder autobaan!

We vertrekken om 8 uur al van de camping. Alles is gisteren al opgeruimd. Het is rustig op de weg op dit tijdstip, op een zaterdag. We rijden via Särna naar Mora. Dan zit de eerste 130 kilometer er al op. Ook een aanrader trouwens. De weg voert door dichte bossen, meren en ultieme vergezichten over de vlaktes. De weg kent bergen en dalen. De Volvo moet goed zijn best doen.

Dan via Leksand naar Borlänge, Ludvika en Örebro en dan verder via de Bergslagsdiagonalen, de 50. We passeren Motala en gaan dan via een nieuwe weg, die niet op de kaart staat en niet in de navi, naar Mjölby. Dan komt het einddoel in zicht.
Af en toe even plassen en de tank vol gooien.

De laatste 50 kilometer duren lang. Bij de Örebro en Motala is wel wat verkeer, dan heb je wat te doen. Hier is het weer rustig en stil. Een verdwaalde ambulance haalt ons in. Een paar opgeschoten jongens in een Chevy Impala rijden lachend voorbij en van die 2 knallende Harleys schrikt Sven wakker. 
Op de radio Mix Megapol, die uiteindelijk het zwijgen wordt opgelegd. Hoe vaak kun je dezelfde plaat draaien totdat het vervelend wordt? Overigens in nauwe samenwerking met dat andere k*tstation, NRJ, uitgesproken als Energy…… Bieber, Adele, Avici, Timberlake, Shawn Mendes, Alan Walker. Dan heb ik ze geloof ik wel.

Het is onderhand lekker dooi buiten, de thermometer staat op ruim 30 graden. Om 5 uur draaien we de camping op.

De mevrouw aan de receptie vraagt waar we willen staan. Ook hier is het drukker dan gebruikelijk. Plaats nummer 25 graag, aub! Hoera, die is nog vrij, hadden we allang gezien. Is onze vaste plek hierzo. We komen er nog wel eens.

Vetlanda voelt weer als thuiskomen, vraag me niet waarom. Herinneringen van heel vroeger en herinneringen van pasgeleden. Anna is hier al een aantal keer jarig geweest, evenals dit jaar. Morgen is het feest. Je hebt zo van die plekken…..

Het eerste biertje gaat open en de hamburgers in de pan. Daarna gaan de kids zwemmen en douche ik de rit van me af.


620 kilometer bergop en af, door bos en dal. Het was een monsterrit…….

Wandelen

Idre (Eajra)

Oke, we zijn in Idre. We hebben de fietsen dus bij ons maar daar zijn we hier niet voor. Het is tijd om te wandelen. Grövelsön, Städtjan en de Fulufjallet. Het is hier vrij heuvelachtig/bergachtig, wandelen is dan beter, we zijn niet zulke klimmers op de fiets.

Dan nu eerst de cijfers: 
Dag 1 maken we 6 kilometer, 900 hoogtemeters(450 omhoog en weer, inderdaad, naar beneden) en lopen we 3 uur met regelmatig een stop om te genieten en te drinken. Het is warm. In het dal ruim 24 graden, op de berg 18. De top van de Stadtjan is het doel en die hebben we bereikt.

Dag 2 maken we ruim 10 kilometer in 4 uur. Geen Garmin op de pols dus geen hoogtemeters. Wel minder dan gisteren maar toch een stevige klim naar de fjallet. We maken een prachtige rondwandeling over de Fulufjallet naar de Rörsjon en dan terug over de top van de Njupaskär (hoogste waterval in Zweden). Even in de nevel van de waterval staan, een ijsje eten en dan naar de auto. Eigenlijk te ver, 2 dagen achter elkaar maar het is fantastisch. Morgen maar een dagje rust nemen dan.

Hier tegen de grens van Noorwegen is Zweden ruig en heuvelachtig met prachtige vergezichten en schuilhutjes onderweg. Zo komen we midden op de Fulufjälet een kleine nederzetting tegen met een rookoven, toilet en verschillende hutten die te huur zijn. Voor de vissers zijn zelfs bootjes te huur bij de “receptie”. De hutjes liggen tussen de Stora en de Lille Rörsjon. Later lees ik dat dit in de winter een vissersdorp is voor het populaire ijsvissen. Ik heb bij de VVV een prachtig boek gekocht over de Fulufjallet voor een tientje.

De waterval is altijd indrukwekkend. 93 meter naar beneden valt het water. 3 jaar geleden waren we er ook. Mooi dat de kinderen zich dat nog herinneren . Nu hebben we ook de bovenkant gezien.

De Stadtjan was als vanouds, steiler dan je denkt, en ik geef het niet graag toe, in het bos onder de boomgrens, met zweet op je hoofd, zijn die muggen echt niet te harden. Heb er niet eerder last van gehad maar dit jaar…..

Het is ook wat drukker, zo vroeg in het seizoen. De vakantiemaand voor de Zweden is dus juli. Parkeerplaatsen raken redelijk vol en je komt nog eens iemand tegen. Zijn we niet gewend.

Buitenalles: Het weer is fantastisch, en de vergezichten onbeschrijfelijk. Wifi is wat minder, niet, dus de foto’s komen thuis weer. Net als deze verhaaltjes.

Dag 3 in Idre begint weer warm. We slapen uit en daarna loop ik naar de supermarkt voor broodjes. Als ik er weer ben is de koffie klaar en gaan we ontbijten. We hebben niets op het programma maar het is zomers warm dus de zwemkleren gaan aan en we stappen in de auto naar de Burusjön. 
Een prachtig meer tegen de Nipfjället aan gelegen met kleine zandstrandjes. Jaja, koud water, ik weet het. We beginnen bij de enkels, valt mee. Uiteindelijk liggen Sven en ik er languit in. Als de zon zich achter een wolk verschuilt gaan we eruit en drogen we ons af. Nog even genieten van de mooie plek en dan boodschappen doen. In de verte wordt het knap donker. De eerste bui overdag, deze vakantie is een feit. 

Rond 17.00 uur knapt het weer op en in de avond steken we de BBQ aan. Morgen rijden, 620 kilometer zuidelijk. De terugreis is dan begonnen. Pfff…..

Naar Idre

Vanmorgen om half 10 afgerekend bij de camping. 19,50 per nacht. Met zwembad. Kom daar maar eens om in de rest van Europa. We rijden naar Malung waar de caravans nog steeds de parken bevolken. Richting Sälen en dan naar Särna. Linksaf naar Idre en om 13.00 uur op de camping.

Als je ooit nog eens in Zweden komt, neem dan de weg van Sälen naar Särna. Net na het centrum van Sälen versmald de weg zich een beetje en worden de bossen dichter. Om elke hoek verwacht je een eland. De hobbels in de weg nemen toe, alhoewel ook hier de asfaltmachine de afgelopen 2 jaar zijn werk heeft gedaan. De weg klimt stilaan omhoog, een paar scherpe bochten en een eenzame brug en dan doemt de fjället voor je op. Een soort hoogvlakte waar de berkenbomen talrijker zijn dan de dennenbomen. 

Het voelt als thuiskomen. Ik word weer eens bevestigd in de constatering dat Zweden op zijn mooist is boven Mora. Zo tegen de Noorse grens in de provincies Noord Dalarna, Jämtland en Härjedalen, daar is het mooi. Af en toe een weidse blik over de onmetelijke bossen, de vlaktes waar hout geoogst wordt en herplanting plaatsvindt en waar af en toe nog een pluk sneeuw op de ronde toppen ligt.

Op de camping vinden we een mooie plek die uitkijkt op de Österdalälven. De camping stroomt aardig vol in de avond met Zweden en Noren. Best vreemd, zal wel vakantietijd zijn.
In de avond nog even op elandenjacht. Beproefd recept, de grote weg verlaten, een gravelpad op en dan rustig aan rijden. Helaas geen succes vanavond. Wel een paar prachtige rendieren gezien die de grote weg onveilig maken met hun indrukwekkende geweien. Top!

Een spelletje kaart sluit de avond af. Vroeg naar bed. Bij leven en welzijn wordt morgen de Stadtjan beklommen. Voor de derde keer. Voor de derde keer? Yes, voor de derde keer. In 1620 is deze berg als hoogste berg te wereld verklaard met als bijnaam Home of the Gods (Ik weet de Zweedse vertaling niet, zoek ik voor u op) Die beklim je natuurlijk niet 1 keer……


Het mannetje

Het mannetje

Op dezelfde dag als wij aankomen, komt er een Volvo V70 met een Knaus caravan de camping op gereden. Wij staan op plaats 16, zij kiezen plaats 15. Voor onze neus. 

Een wat oudere man stapt uit, gekleed in een drie-kwart camouflagebroek met daarop een gebloemde blouse. Een kort grinniken van ons is zijn deel. Zijn postuur getuigt van een rijkelijk gebruik van genotmiddelen als alcohol en nicotine. Wat een indrukwekkende buik! Om dit te bevestigen steekt ie direct een sigaret op. De  bijbehorende dame is vormelijk gekleed in een trui met V-hals en een bermuda. Haar grijze kapsel kleurt prima bij dit ensemble.
Ze zetten de caravan op de plek en de man begint te morrelen aan de stroomkast. In vloeiend Zweeds roept ie dat die van mij niet goed zit. Ik corrigeer hem in het Engels en dat is voor hem aanleiding voor een gesprek.

Zijn jullie al in Malung geweest, vraagt ie. Daar moet je naar toe! Een geweldig festival, ook voor de kinderen. 80 bands, bier en hamburgers. Om zijn verhaal kracht bij te zetten speelt ie een stukje luchtgitaar en wiegt ie zacht met zijn heupen. Opnieuw grinniken.

Ga je zelf ook dan, vraag ik. Ja natuurlijk, daarvoor is hij hier. Niet meer in de avond daarvoor is ie te oud. ’s Middag zijn ze weg en rond 7 uur keren ze terug.

De dag daarop komen ze wat later terug op de camping. Enthousiast loopt ie richting onze voortent waar we zitten te eten. Anna laat zich een zacht “ojee” ontglippen.
Steunend op de middelste tentstok van onze voortent doet ie verslag, onder soms luid zuchtende geluiden, van zijn middag in Malung. Het was fantastisch, het bier was koud, de hamburgers warm en de muziek ouderwets goed. 
We praten honderduit over zijn pensioen, Zweden, mooie plekken, Haparanda en Lulea,  en het feit dat ie een elandjager is. Zijn werkzame leven bracht ie door in het ziekenhuis evenals zijn eega, de statige dame van zonet.

De kinderen zijn reeds gierend van het lachen de caravan in gevlucht. Zijn verschijning in combinatie met wat bier en het Zweeds/Engels maken het tot een vermakelijke vertoning

Net op het moment dat ik denk “hoe komen we hiervan af?”, klinkt er bij de auto een luid handgeklap, ik zie nog net een driftig gebaar van de dame met een niet mis te verstaan vingertje. Het mannetje reageert met een “Oh my god” en neemt vluchtig afscheid. 

Terwijl wij nog wat nagenieten van het gesprek, rommelt het in het Zweeds in de Knaus. Hij zit voor en zij zit achter. Ik versta er geen woord van, maar ze zijn het niet eens met elkaar.


En wij hadden nog zoveel te bespreken…………

Dansbandveckan

Ik plan nogal graag. Weken voordat we vertrekken reken ik de kilometers uit tussen de gewenste plekken, ik zoek campings en schrijf op wat er waar te doen is. Natuurlijk roep ik dat we wel zien maar meestal houden we ons trouw aan het zorgvuldig opgestelde schema. Schijnt prima te werken voor iedereen.

Zo komt het dat we dit jaar niet in Malung verblijven maar 15 kilometer ervoor. In Malung is het Dansbandveckan, festivalweek in goed Nederlands. Altidd i veckan 29! (altijd week 29)
Vorig jaar kwamen we op de camping en had de grote drukte zijn sporen nagelaten. Vele vuilnisbakken op de velden en tijdelijke stroomaansluitingen. Wat zwerfafval in de bosjes getuigen van een heerlijke tijd. Ik heb het dan over lege drankflessen en kapotte tuinstoelen.

Vanaf morgen wordt het ook in Yttermalung wat drukker op de camping, tijd om te gaan dus.

Terug naar Malung. Malung is een kleine provinciestad in Dalarna. Men klopt zichzelf op de borst dat het de leder-hoofdstad van Zweden is maar slaagt er niet in dat beeld ook echt waar te maken. Hoogstens een ouderwetse winkel met leren jasjes in het centrum en wat bordjes die verwijzen naar leer-productie. Het wekt niet een levendige indruk. De lokale economie drijft volgens mij toch op de plaatselijke Lidl, het tankstation en de fabriek van Jofa waar ijshockeyhelmen worden gemaakt.

Dit stadje ondergaat deze week echter een opmerkelijke gedaantewisseling. Van heinde en ver komen campers en caravans naar het evenement, Dansbandveckan! Elk stukje gras, bij de IJshal, de pompstations, in tuinen bij mensen en in het openbaar groen wordt omgetoverd tot kampeerplaats. 50.000 Zweden weten op het hoogtepunt de weg te vinden naar Malung.

Dat zal dan wel een festival zijn! Toch? Nou, 80 bands komen een optreden verzorgen. Niet alleen uit Zweden, ook wat Duitse bands en een verdwaalde Engelse sing-a-song writer. Er is bier, er zijn hamburgers en een kleine kermis. En een podium in het Grönlandsparken. Een plein…... 
Nee, verwacht hier geen Malmo-festival, Pinkpop of Lowlands met meerdere podia. Als we in de middag de stad in gaan staan de mensen te swingen op de Zweedse versie van “Ranja met een rietje”, gezongen door een wat oudere Pipi Langkous in paarse jurk en haar band, voor de gelegenheid helemaal in het geel gekleed.

Als we het centrum verlaten en een rondritje langs de tijdelijke campings maken zien we vooral mensen koffie drinken, lunchen en genieten van het mooie weer. Hier en daar al een blikje in de hand.


Volgens mij is dit festival een typisch Zweeds feestje. Erbij zijn met mooi weer en een koud biertje is al genoeg. Straks wandelt de winter weer binnen en worden de dagen korter, veel korter. Dan heb je in de zomer minder uitbundig vertier nodig. 

Downhill in Salen

De dag waar Sven in ieder geval naar heeft uitgekeken. We gaan down-hill op de fiets in Sälen/Lindsvall. Een skigebied waar in de zomer veel mountainbikers neerstrijken. We kopen een enkeltje om te proberen. Een aardige dame helpt ons de eerste keer bij de lift. Fiets in het bakje en 1 er naast in een speciale drager. Mannen met racehelmen, full-suspencion bikes en beschermende kleding van het merk Fox, voor en achter ons. Ik begin licht nerveus te raken. 

We zitten in korte broek in de skilift en net als in de winter waait er een koude wind aan de top. Snel beginnen. Even een sanitaire stop in het restaurant en dan kan het avontuur beginnen. Ik maak een kapitale fout door de route niet op te pikken. Ik was in de veronderstelling dat de blauwe afdaling een ruim breed pad was. Dat is het niet, merken we later. We zijn al vrij snel op de helft en daar zie ik een bordje met de blauwe afdaling. Dat is een pad met kombochten en springbulten. Die nemen we dan maar. Ineens is het me duidelijk. Dit hadden we vanaf de top moeten doen. Een smal pad kronkelt bergafwaarts. Zo gaaf!

Opnieuw dus een kaartje gehaald en nu wel de goeie route gepakt. Super mooi om te doen maar de fietsen hebben het zwaar. Dikke stenen, heuvels en planken maken het tot een hobbeltoertje. Eenmaal beneden, met alles nog heel, besluiten we een rondje door het skiresort te fietsen. Huisjes, hotels, winkeltjes. We halen een ijsje(dikke Magnum jonguh!) en spreken af dat we toch nog een keer omhoog moeten. 

Net als bij skiën zijn hier blauwe, rode en zwarte afdalingen. We nemen gewoon weer de blauwe. Uitdaging genoeg. Na 2 keer is het opletten om niet overmoedig te worden. Harden, hoger, sneller……Iedereen heeft zo zijn momentjes gehad.
Renate valt op een listig plekje in een kombocht met houten boarding. Een schaafwond aan de arm. Verder alles heel gelukkig.

We vonden het helemaal te gek. Alle 4! 
Ik merk wel dat de remblokjes van de achterrem minder worden en het schijfje is aardig verkleurd door de warmte. Ook daar alles nog heel. De fietsen moeten in Vetlanda  en Malmo ook nog aan het werk.

Morgen op de fiets naar Malung, door de bossen. Nu even niets meer.

In Sälen was het 15 graden met een zonnetje. Op de camping is het 22 graden. Aan het weer zal het niet liggen.


Topdag!!

Zaterdag 16 juli

Vandaag een rustdag. Dat wil zeggen niks gepland. Uitgebreid ontbijten en daarna zien we wel.
We staan in Yttermalung. Camping met een Nederlandse eigenaar en veel activiteiten. Als we aankomen wordt er geklommen in de klimwand. Niet zo aan ons besteedt. Wel een zwembad direct achter de caravan. 24 graden.

Na het ontbijt doen we boodschappen in Malung.

Eenmaal terug op de camping maak ik de fietsen gereed. Morgen staat de down-hill in Sälen/Lindsvall op het programma. Alvast een beetje warm-fietsen.
Na 6 kilometer asfalt slaan we rechtsaf de bossen in. Steil jonguh! Prachtig gravelpad dat uiteindelijk doodloopt midden in een productiebos. Buiten 2 korhoenders zien we geen wild. Dan dezelfde weg terug, nu naar beneden. Hard jonguh! Echt prachtig om hier te fietsen. Na 25 kilometer zijn de weer bij de camping. Eten en rustig aan doen. Ik maak de fietsspullen vast klaar voor morgen. Drager op de trekhaak voor 2 fietsen en 2 fietsen op het dak.


Op een stevige bui in de avond na was het perfect mooi weer. Ongeveer 20 graden en half bewolkt.

Naar Yttermalung

Rond half 1 draaien we de Inlandsvägen op. De 26. We hebben net een stevige bui achter de kiezen. We zijn vertrokken met een zonnetje uit Ullared om 9 uur vanochtend.
De caravan is gevuld met sportkleding, boodschappen voor 3 dagen en andere koopjes van de Gekås. Wat ik zei; 2 nachten is eigenlijk te lang. Het is tijd om de rust en de ruimte op te zoeken.
Vandaag is Yttermalung ons doel. 500 kilometer door de uitgestrekte Zweedse bossen. 
De drukte laten we achter ons als we Borås zijn gepasseerd. We koersen op Skovde en daarna passeren we Mariestad. Het loop mooi door.

30 kilometer voor de camping in Vanersbro tanken we de Volvo vol en nemen we de laatste etappe.
Vorig jaar stonden we in Malung. Daar is het nu Dansbandveckan. Dansweek met heel veel live-bands. Populair in deze regio. Men verwacht 50.000 bezoekers. Daarom nemen we een andere camping.

Eenmaal aangekomen in Yttermalung vragen we om een plekje. Dat kan tot dinsdag, daarna is ook deze camping vol in verband met het geplande evenement. De Nederlandse eigenaar ontvangt ons hartelijk. We krijgen een mooie plek achterop de camping. 
Hij vertelt van alle activiteiten die er zijn, klimmen, quad-tochten, mountainbike-routes onder begeleiding, eland- en bever-safari’s enzovoort.
We hebben andere plannen. Tot dinsdag, dat treft. Daarna door naar Idre om na dat gefiets, te gaan wandelen op de Stadtjan.

Morgen slapen we uit. Vakantie. Zondag gaan we downhill proberen op de mtb’s in Sälen en maandag zien we wel.

Het is hier heerlijk. In de avond even op het veld met de bal en de hockey-sticks in de weer en dan op tijd naar bed.
Het weer is heerlijk, 22 graden en een zonnetje. Kan niet beter.

Wifi bij de receptie, we zijn dus Facebook/Whatt’s app en Twitter-vrij………..



woensdag 13 juli 2016

Grenscontroles

De veertigers onder ons kennen het vast nog. Je bent pas op vakantie als je de man met het bruine overhemd en de pet gepasseerd bent. De douanier. Hij wil je paspoort zien! Spannend.

Mama zat altijd 2 kilometer voor de grens al met die donker bruine boekjes in de hand. De man met de pet had gezag. Hij besliste uiteindelijk of je er wel of niet in kwam. Of je wel of niet op vakantie ging.

Geldt natuurlijk alleen als je met de auto gaat, de vliegers onder ons halen geroutineerd de paspoorten uit de achterzak en laten achteloos het boekje zien aan de man achter glas. Nu nog steeds. Vaak trekken zij hun schoenen ook nog uit en gooien ze de sleutels bij de laptop in het grijze bakje van de röntgen-scan.

Terug naar de kampeerders. De laatste jaren kon je in Europa zorgeloos met 120 langs de oude douane-gebouwen. Ze staan leeg en herinneren slechts aan vervlogen tijden. Soms staat er nog een politiewagen. Vaak alleen onkruid en zijn de ramen gebroken. We zijn wel eens vertrokken zonder paspoorten of ID. Vergeten, niet zo belangrijk meer. Tot afgelopen maandag.
Ik snuffel de paspoorten bij elkaar en vraag de kinderen naar hun ID. Hebben ze bij zich. Op school. Schijnt daar wel nog nodig te zijn.

Achteloos gooi ik ze in mijn tas die standaard in de caravan ligt. In 2015 is gebleken dat pasjes van de zorgverzekering wel handig zijn om bij je te hebben.

We rijden de boot af in Rodby. De douane heeft uitgepakt. Warmtezoekende camera’s, ingewikkelde apparatuur en dito grenswachten staan ons welkom te heten. Een ervaren douanier wenkt ons door te rijden. Wat kan daar nou in zitten, in die Chateau-caravan?

Na het verlaten van de Oresundbron gebeurt hetzelfde bij de Zweedse douane echter……we moeten nu wel de rood-bruine boekjes laten zien! Tsja, die liggen in de caravan.. Geeft niks, rijdt u maar even naar mijn collega’s op de parkeerplaats.
Een licht gevoel van spanning trekt door me heen (als ie maar niet naar de drank vraagt….) Nu zijn wij die caravan die er vroeger uitgepikt werd. Wat zou daar mee zijn? Ik begroet de douanier die echt een zoon van me geweest zou kunnen zijn en leg uit dat we niet meer gewend zijn aan grenscontroles. Hij zegt dat ie dat snapt en maant me om de paspoorten te halen.

Fijntjes wijst ie me erop dat die van Anna al 2 jaar is verlopen. Ik wijs hem erop dat ze een geldige ID heeft maar hij gelooft het wel. 


Op de achterbank slaan 2 pubers dit tafereel gade. Ze zien dit voor het eerst van hun leven. Ik hoop dat ze het spannend vonden…………..

Gekas en zijn bezoekers

Nee, ik ga niet schrijven dat het hier zo druk is, dat er 66 kassa’s zijn en dat de sfeer relaxed is.
Ik heb voor jullie de bezoekers van de Gekas getypeerd. Die 4,2 miljoen bezoekers per jaar zijn namelijk in een aantal categorie in te delen.

De Opa en Oma:
Komen met een oudere Volvo en een Solifer caravan. Hebben moeite om de plek te vinden en eenmaal gevonden mag je hopen dat je er niet achter staat. De caravan op de plek kost wat tijd en dan staan ze nog scheef.
In de winkel zijn ze vaak te vinden op de speelgoed-afdeling, voor de kleinkinderen. Ze kopen wat snuisterijen voor thuis, een bordje of een lampje. Opa koopt ook nog vaak een nieuwe hengel of een set schroevendraaiers.

Het Gezin:
Komt met veel bravoure aan in een Volvo V70 en een Kabe caravan van meer dan 5,5 meter. 2 of 3 kinderen. Vaak een hond. De hond gaat onder de luifel die is afgezet met een hekje zodat ie niet kan ontsnappen. Luisteren doet ie niet, net als de kinderen.
Shopt met 2 of 3 karretjes die tot de rand toe vol gaan met kleding. Een outdoor-broek voor papa en tot slot nog een leuk jurkje voor mama dat ze alleen op de camping zal dragen. Voor thuis veel te frivool.

De Paardenliefhebbers:
Blijven maar een dag of nog een korter. Staan niet op de camping maar op de camperplaats met alleen een toilet en water. Rijden in een pick-up truck waar de paardentrailer aan vast geplakt lijkt.
Duiken in de winkel direct de kelder in. Laden de winkelwagentjes vol met dekens, rijbroeken, caps, zadels en een liksteen en vertrekken weer. Op de parkeerplaats wordt de zooi in de trailer gesmeten en ze vertrekken naar de manage, het strand of het bos om de spullen direct te gebruiken.

De Echte Zweden:
Komen in een Chevy Impala of een custom-made Studebaker. Soms met caravan maar huren ook vaak een huisje. Zijn hier niet om te shoppen maar zijn hier omdat de Gekas bij Zweden hoort. Hebben met de auto’s van meer dan 6 meter geen enkel probleem met de volle parkeerplaatsen. Gewoon een beetje creatief zijn. Hebben tattoos. Niet van die kinderachtige plaatjes op de enkel of arm maar full-blown sleeves. Vaak ook nog iets in de nek.  Moeder schaamt zich niet voor de bijna versleten Crocs. Kun je prima mee winkelen. Zijn trots op hun voorouders die de overtocht naar Amerika hebben gemaakt in de jaren 50.

De Trendy Jongeren:
Veelal op doorreis van hipster-bolwerk Malmo naar hipster-bolwerk Stockholm. Even stoppen bij de Gekas. Geen camping of stuga maar lekker in het hotel. Jongens hebben prachtige vriendinnen, blond, kort spijkerbroekjes en een t-shirt (wauw). De dames hebben knappe jongens. Kuitbroekje, mouwloos hemdje en een strakke zonnebril. Sneakers van Adidas en een subtiele armband. Drinken een diet-coke aan de sportbar en scoren wat hippe sportkleding voor in de gym.

De Buitenlanders:
Zwaar in de minderheid. Een verdwaalde Nederlander of Duitser. Rijdt de camping op zonder zich bij de aanmelding in te checken. Wel altijd op de camping, is niet te vinden in huisje of hotel. Dat is weggelegd voor de Zweden. Weet zich eigenlijk geen raad met het enorme aanbod en met name de Nederlanders twijfelen. Is dit nu wel zo goedkoop? Komt thuis met een fles shampoo of een leuk t-shirt. Snapt er eigenlijk niks van.

De Noren:
Keren terug van vakantie in Zweden. Hier heb je 2 soorten. Die met een veel te dikke Audi en een tandem-asser caravan. Ze sturen het ding genadeloos op de plek. Schudden de Rolex losjes van de arm en wandelen gemoedelijk naar de Gekas. Niemand doet ze wat.
De andere soort komt in een camper van het type Volvo FH. Zonder vrachtwagenrijbewijs mag je niet achter het stuur. Zijn net zo behendig met dat ding als de Audi-rijder. De achteruitrij-camera doet zijn werk. Mevrouw kan op de bijrijdersstoel blijven zitten. Relaxen is een keuze voor deze mensen.

De Hippies:
Komen in een oude stadsbus met minimaal 2 families. De kinderen zijn talrijk. Hebben speciale plekken op de camping waar die apparaten kunnen staan. Zijn drukker met onderhoud aan de oude Setra dan met winkelen. In de avond rookt de barbecue als een dolle. Lopen in kleding die je al jaren niet meer in de winkel ziet maar zijn van buiten gezien diep gelukkig. Vaak waakt de oude herdershond over hun domein in de nacht. Kopen wat gereedschap, houtskool of een nieuwe werkbroek.

En Wij?
Tja, na 5 jaar Gekas kijken we er nog steeds naar uit. Je moet het snappen, beleven, ondergaan. Niet leuk voor de eerste keer maar de historie erachter is geweldig. 1 nacht is te kort, 2 nachten is te lang. En je geeft altijd teveel geld uit. Het hoort bij een bezoek aan Zweden.

Meer weten? Lees mijn blog er maar op na of gebruik Google. De site van de Gekas vertalen kan met translate.google.com. Op www.Gekas.se kun je klikken op bloggen. Daar vind je een aardig overzicht van het aanbod aan producten. 
Stelregel van de Gekas zelf? Als het in de kofferbak past, verkopen wij het.



Vertrek 2016

Als het laatste warme water zich via mijn benen en voeten een weg zoekt naar het doucheputje en ik de handdoek van de radiator afpak besef ik ineens dat het wel heel dichtbij is. Vertrekken, vandaag, vakantie.
Ik kleed me aan en trek de gordijnen open. Ik zie dat de regen kleine kringetjes in de vijver maakt. Het regen licht. Het is tijd om te gaan.

De laatste attributen worden in de caravan en auto gelegd. Het huis is leeg en opgeruimd. De lampen uit, de stekkers uit de Tv. Ik vind dat je je huis zo moet achter laten zoals je het na de vakantie weer wilt aantreffen. Enigszins weemoedig draai ik de deur op slot. Tot over 18 dagen.

De caravan voelt zwaar met fietsen, water, gas en kleding. We zijn er klaar voor. Het gevoel om eindelijk te vertrekken werkt bevrijdend. Na een druk weekend op de club, tussen alle voorbereidingen door, gaan we echt vandaag. Naar Zweden, via Duitsland en Denemarken.

We zijn vroeg dit jaar, zo voelt het ook. Door een samenloop van omstandigheden vertrekken we een week voor de regio Noord uit. 
Al snel belanden we in wegwerkzaamheden, een half uur vertraging. Vanaf dan gaat het goed. We passeren Bremen zonder file. Net als Hamburg.

Plotseling besef ik dat we 160 kilometer kunnen besparen door toch de boot te nemen. We overleggen kort even. De stemming valt uit in het voordeel van Scandlines. We koersen op Puttgarden. 

Achteraf blijkt dit geen voordelige keuze, niet in tijd en niet in geld. Wel in rust en comfort. Het is druk bij de boot. We wachten ruim anderhalf uur. We genieten aan dek van de zon en de wind.
Uiteindelijk begroet een bebaarde man ons op Heino’s camping in Tapppernoje, Denemarken.

Het zonnetje schijnt en het witbier smaakt prima. De eerste boeken rollen uit de kastjes. Ik pak J.J. Voskuil er weer bij, Binnen de huid. Intrigerend.

De koffie drinken we binnen. De zeewind is frisser dan verwacht.

Morgen nog 280 kilometer naar het shopping walhalla van Zweden. Hoef ik geen verhaaltje over te schrijven. Been there, done that!