Het is de hele dag broeierig warm geweest. Benauwd soms. Drukkend zoals we dat in het oosten noemen, misschien in het westen ook wel. Bijna 30 graden.
We zitten lekker in de tuin. Eindelijk na een lange herfst. Van oktober tot juni.
De korte broek nog aan om half 12 ’s avonds. De warme lucht ligt nog als een warme deken over de omgeving. Uit de tuinen om ons heen klinkt gejoel en gejuich. We mogen weer samen zijn. We mogen weer een beetje vieren. We mogen weer knuffelen. We hebben een spuitje gehad.
Een voorzichtig weerlicht in de verte. Dan weet je hoe laat het is. De warme deken wordt gebroken door een koele bries. Het ongedierte ontwaakt en fladdert naar de lampen. De maan betrekt. Het wordt een onstuimige nacht.
Maar tegelijkertijd weet je dat je nog minstens een uur hebt te gaan. Een koel uur. Voordat de regen de droogte van vandaag doet vergeten. Daar is geen buienradar voor nodig. Die koele bries. De voorbode van verandering.
Het gejoel en het gejuich verstomd. Het wordt stil. In de verte klinkt gerommel. Weerlicht is veranderd in bliksem. Tijd om naar bed te gaan.
Een zomerse avond naar 7 maanden herfst.
En morgen…….?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten